Wijn is een van de meest geliefde dranken ter wereld. Het wordt gemaakt van verschillende soorten fruit, maar de meest gebruikte en bekende is de druif. De druif is de basis voor de meeste wijnen die we drinken en is daarom een belangrijk onderdeel van de wijnindustrie. In dit artikel gaan we dieper in op de druif als basis voor wijn en alles wat je moet weten over deze heerlijke vrucht.
De geschiedenis van de druif als basis voor wijn
De geschiedenis van de druif als basis voor wijn gaat terug tot duizenden jaren geleden. De oude Grieken en Romeinen waren al bekend met het maken van wijn en gebruikten hiervoor voornamelijk druiven. In de Middeleeuwen werd het maken van wijn steeds populairder en werden er steeds meer verschillende soorten druiven gebruikt om wijn van te maken. Tegenwoordig is de druif nog steeds de meest gebruikte vrucht voor het maken van wijn en zijn er duizenden verschillende soorten druiven die worden gebruikt voor het maken van wijn.
De verschillende soorten druiven voor wijn
Er zijn duizenden verschillende soorten druiven die worden gebruikt voor het maken van wijn. Elke druif heeft zijn eigen smaak, aroma en textuur en wordt daarom gebruikt voor verschillende soorten wijn. Hieronder vind je een overzicht van de meest gebruikte druiven voor het maken van wijn:
- Chardonnay: een witte druif die wordt gebruikt voor het maken van witte wijn. Chardonnay heeft een volle smaak en wordt vaak gebruikt voor het maken van chardonnay-wijnen.
- Cabernet Sauvignon: een rode druif die wordt gebruikt voor het maken van rode wijn. Cabernet Sauvignon heeft een krachtige smaak en wordt vaak gebruikt voor het maken van Bordeaux-wijnen.
- Merlot: een rode druif die wordt gebruikt voor het maken van rode wijn. Merlot heeft een zachte smaak en wordt vaak gebruikt voor het maken van Merlot-wijnen.
- Sauvignon Blanc: een witte druif die wordt gebruikt voor het maken van witte wijn. Sauvignon Blanc heeft een frisse smaak en wordt vaak gebruikt voor het maken van Sauvignon Blanc-wijnen.
- Pino Noir: een rode druif die wordt gebruikt voor het maken van rode wijn. Pino Noir heeft een lichte smaak en wordt vaak gebruikt voor het maken van Bourgondische wijnen.
Hoe wordt wijn gemaakt van druiven?
Wijn wordt gemaakt van druiven door middel van een proces genaamd fermentatie. Hierbij worden de suikers in de druiven omgezet in alcohol door middel van gist. Het proces begint met het plukken van de druiven. De druiven worden vervolgens geperst om het sap eruit te halen. Het sap wordt vervolgens in een vat gedaan en er wordt gist aan toegevoegd. De gist zet de suikers in het sap om in alcohol en koolstofdioxide. Dit proces duurt enkele weken tot enkele maanden, afhankelijk van het type wijn dat wordt gemaakt. Na de fermentatie wordt de wijn gefilterd en gebotteld.
De invloed van de druif op de smaak van wijn
De druif heeft een grote invloed op de smaak van wijn. Elke druif heeft zijn eigen smaak, aroma en textuur en deze eigenschappen worden overgebracht op de wijn. Daarnaast heeft ook de bodem waarop de druiven groeien invloed op de smaak van de wijn. De bodem kan bijvoorbeeld zorgen voor een bepaalde mineraliteit in de wijn. Ook het klimaat en de omstandigheden waarin de druiven groeien hebben invloed op de smaak van de wijn. Hierdoor kan dezelfde druif in verschillende regio’s een compleet andere smaak hebben.
Conclusie
De druif is de basis voor de meeste wijnen die we drinken en is daarom een belangrijk onderdeel van de wijnindustrie. Er zijn duizenden verschillende soorten druiven die worden gebruikt voor het maken van wijn en elke druif heeft zijn eigen smaak, aroma en textuur. De druif heeft een grote invloed op de smaak van wijn en ook de bodem, het klimaat en de omstandigheden waarin de druiven groeien hebben invloed op de smaak van de wijn. Wijn is een heerlijke drank die al duizenden jaren wordt gedronken en nog steeds populair is over de hele wereld.
Nog meer ontdekken over wijn? Lees dan ons artikel over Duitse zoete witte wijn: een heerlijke delicatesse.